De Make Over.

11-05-2024

Een make-over hoeft niet ingewikkeld te zijn. Het is als voor de spiegel staan en jezelf voor het eerst naakt zien. Je ziet jezelf in die figuurlijke naaktheid hetgeen je wezenlijk raakt. Het ontroert je zodanig dat je besluit dat dit jouw nieuw voorkomen wordt. Je herontdekt jezelf voor die spiegel want in diezelfde naaktheid werd je geboren. Het is niet nieuw. Het is opnieuw. De kleren van fatsoen die je als kind aantrok, die dekmantels aan culturele normen en waarden, leg je voor de spiegel één voor één af. Naakt als jezelf ga je verder met leven. Als er dan toch een doel is, dan dat. Elke make-over start met jezelf naakt zien in de evidentie: Zoals ik ben, mag ik er zijn.  

In de spiegel zie ik mijn sensitieve ziel, mijn Mademoiselle Marteaux. Ze kwam vierenveertig jaar geleden als een stralend meisje met zonnige oogjes op deze wereld. Ze herinnerde zich het leven als een jubelfeest, als een liefdespartij. Een verre herinnering uit een onbekende wereldruimte. Alles stond voor haar in het teken van de liefde. Helaas werd haar warme lijfje gaandeweg toegedekt met dekmantels van allerlei soort. Een dekmantel voor haar intuïtie, afgewezen door wijsneuzen. Een dekmantel voor haar losbandigheid, ingesnoerd door kuisheid. Een dekmantel voor haar nieuwsgierigheid, ingekort door regels. Haar intensiteit belandde in een ijsbad. Een leven van aanpassing in een grijze muizencultuur versomberde haar natuur. Het verkoelen van haar vuur beschaduwde haar blik en vermoeide haar lijf. Ze sloot zich vaker af in haar verbeelding waar ze de feeststemming wel kon beleven. Daar waar het leven zoet smaakte en fantasieën onbeschaamd uitgeleefd mochten. Ze zonderde zich af van een wereld die haar beschuldigde. Ze zonk in depressie. Op een keer stond ze voor de spiegel. Ze zag zich in die bleke teint bedolven onder dekmantels, meer spook te zijn dan wat anders. Ze vond dat het klaar moest zijn met verdwijnen. Haar ganse leven lang hoorde ze, Nee. Nee, dat mag je niet zeggen. Nee, dat kan je niet doen. Nee, zo kan je niet gekleed. Nee, niet dromerig zijn. Nee, vooral niet emotioneel. Nee, je bent niet luchtig genoeg. Je bent niet dit. Je bent niet dat. 

Voor de spiegel leg ik mijn hand op mijn hart. Voor het eerst zeg ik tegen mezelf luidop JA. Ja, aan mijn intensiteit. Ja, aan mijn openheid. Ja, aan mijn enthousiasme. Ja, aan mijn passie. Ja, aan mijn naaktheid. Ja, aan mijn intuïtie. Elke Ja ontknoopt een dekmantel. Al valt de last nog niet geheel af, ik voel me lichter worden. Ja, ja en ja herhaal ik. Ik mag er zijn zoals ik ben. Vooral omdat ik veel ben. Want hierbuiten is er weinig waar ik veel van heb. Mademoiselle Marteaux gooit de welopgevoede vertoning overboord en start opnieuw. Ze hoeft niet te matigen. Ze hoeft niet af te koelen. Ze hoeft zichzelf niet te verstoppen. Ze hoeft niet te versomberen. Ze hoeft niet langer genoegen te nemen aan kruimels. Ze gaat voor het hele brood.

Het afleggen van mijn dekmantels, waar ik nog volop mee in de weer ben, startte met het doorwerken van mijn grootste angst: afgewezen worden om wie ik ben. In het toestaan van een zonderlinge natuur èn mezelf de erkenning te geven die ik eerst buiten mezelf zocht, kon het afleggen van balast beginnen. De grote doorbraak merkte ik op toen harde meningen van mijn ouders die vroeger als schoten in mijn hart knalden, nu als losse lucht door mij heen gingen zuchtten. Al hoorde ik de woorden luid en duidelijk, ze hadden minder effect. Het liet me niet helemaal onbevangen, toch raakt het minder aan kinderlijke wondes. Daar waar het allemaal begon met erkenning vragen aan ouders die niet eens zichzelf kunnen erkennen, zie ik opeens twee gekwetste kinderen voor me staan in gepantserde grote mensenlijven. Als ik zo naar ze kijk, ben ik haast diegene die ze de erkenning wil geven die ze als kind misten omdat mijn grootouders op hun beurt in de knel zaten met zichzelf door overgrootouders die het trauma van godsdienst en oorlogen droegen. Ik kan van geluk spreken dat ik van een generatie ben die coaches voor het grijpen hebben. In hun tijd was het enkel de enkeling die in boekenwijsheid enigszins verlossing van oude pijn vond. Ik prijs mezelf gelukkig met zoveel hulpbronnen die me helpen groeien in emotionele volwassenheid. Met een proces dat vordert, merk ik dat mensen hun oordelen, meningen en overtuigingen mogen uitspreken zonder dat het mij overhoop haalt. Harde woorden van grote mensen met kind-pijnen op zoek naar erkenning verzachten. 

Zo ontdek ik elke dag het leven opnieuw. Het leven wordt stilaan mijn keuze. Ik draag verantwoordelijkheid voor mijn eigen doen of laten. Wat niet wil zeggen dat ik alles kan doen of laten wat ik wil. Er zijn regels waar ik nu vrede mee heb. Ik heb ontdekt dat de regels veel minder strak zijn dan ik eerst dacht. In alle regels die er zijn, verkies ik die die het beste voor me passen. Ik zet ze slim in om te geraken waar ik wil zijn. Op die manier ben ik in vrede met cultuur. Niet altijd, wel veel meer. Ik kijk uit over een verbrede horizon aan mogelijkheden. De suspicious mind die mij gevangen hield in doemdenken, geef ik gezonde voeding te verteren die mijn intuïtieve ingevingen helpen vormgeven. Ik verken het nieuwe, gun mezelf genieten. Als ik kijk in de spiegel zie ik mezelf in de wereld en de wereld in mezelf. Niet langer als schim. In vorm. Bezield. Niet altijd, wel veel meer.

Mademoiselle Marteaux