Net als ik.

15-09-2024

Papa. Ik heb je gemist. Je was elke dag dichtbij en toch leek je zo ver weg. 

Afwezig in zekere zin. Verzonken in gedachten. Vlak naast me en tegelijk nergens te bekennen. 

Papa. Ik heb het gemist om mij gewild te voelen door jou. Geliefd zoals ik ben. Omarmd als mezelf.

Ik heb als kind mijn best gedaan om uit te reiken. Steeds was ik op zoek naar jou in mijn voelwereld.

Ik bleef proberen in stille hoop dat het op een dag gebeuren zou.

Hoopvol keek ik uit naar die dag dat jij me zou omhelzen. En zeggen dat je me bewondert om wie ik ben.

Me toespreken dat de wereld veilig is. Noemen dat ik de moeite waard ben om mijn plek in te nemen.

Het is pas kortgeleden dat ik kan zien dat je andere manieren hebt om je liefde uit te drukken.

In financiële giften, altijd klaarstaan voor praktische opdrachten en wetenswaardigheden die je deelt.

Een manier die ik als kind niet begreep.


Papa. Ik heb voortdurend gewacht op dat moment dat jij uit jouw slot zou breken.

Om samen op een plek te zitten die zacht en warm is. Om daar te zijn met jou.

Ik nam genoegen met weinig weet je. Een schouderklopje. Een briesje waardering. Een zuchtje liefde.

Je daagde mij uit om meer te geven dan ik geven kon. Om mij tot in het onmogelijk aan te passen.

Niet dat je van me vroeg om mij zodanig uit me te sloven. Die lat legde ik hoog voor mezelf. 

Ik wilde jou gelukkig maken. Fier op jouw dochter. Tevreden met mij. 

In mijn opgroeien werd ik anders dan je wenste, niet zo solide als waar je naartoe had gewerkt.

Ik vond geen plek in die harde wereld en voelde me falen. Niet goed genoeg om er te mogen zijn als mezelf.


En god wat ben ik boos geweest op jou - god wat ben ik boos geweest op mij.

 

Want in mijn scherpe mening over jouw fort. In al mijn oordelen over mannen in hun burchten. Zie mij nu. 

Verdomme, zie mij. Net als jou verhard in zekere zin. Alleen overgebleven in mijn versterkt vertrek;

die dan wel fleuriger en meer gebloemd is, uitbundiger en kleuriger in haar eigenwijze aard en toch.

Het blijft een fort waarin tranen zijn uitgedroogd. Waar op mezelf vertoeven het veiligst voelt.

Alleen blijven uit voorzorg dat ik bij een ander geen ingang vindt of hij als eerste afhaakt.

Net als jij hou ik vast aan rotsvaste gewoontes. Aan complex denken en rationele overpeinzingen.

Aan uitgebreide analyses en monologen bij de vleet. In mijn soms stoeien om uit verslaving te blijven.

In mijn alert staan in het leven en alles tot in de puntjes observeren vooraleer ik durf opengaan. 

Al die overleveringen die als vangnet dienen om niet te vallen, niet te breken, niet de pijn weer te voelen.

Papa. In jou durven aankijken, zie ik mezelf beter. Doe ik het zoveel beter als jou? 


                                       ..............................................................................................................................


In mijn opgroeien kan ik vandaag met mildheid naar jou kijken papa. Ik heb geleerd mild te zijn met mij.

In het zien van mijn eigen onvermogen, lossen wrevel en wraak op in die nieuwe stilte-plek. 

Het tempert mijn woede, het verweekt mijn harnas, het verslapt mijn strijd.

Het rekt mijn begrip, het verzacht mijn hart, het verruimt mijn mededogen.

Het geeft inzicht. We dolen allemaal op de één of andere manier. We dolen rondom een kern van liefde. 


Waar ik hier sta papa, is middenin de ontbinding van een ruïne die ik net als jou heb opgezet uit angst.

Ik zie dat liefde niet iets waarvoor we ons moeten uitsloven of slechts ontvangen als we ons best doen. 

Niet iets waarvoor we ons voor moeten afschermen of nooit echt aangaan, bang om het te verliezen.

Ik heb gevoeld dat het leven uit het fort luchtig kan zijn. Zacht en ongevaarlijk. Warm en beminnelijk.

Doorheen de brokkelingen van mijn fort kijk naar de open plek waar het leven met open armen ontvangt.

Zie hoe de ruwbouw kruimelt! Zie hoe de stenen afbrokkelen! Zie hoe mijn hart uit haar voegen breekt!

Mijn fort stort in papa en ja, ik ben bang voor al het onbekende wat naar me toekomt. Tegelijkertijd...

wat gun ik mezelf die verbinding met het zachte. Met de dag dat ik mezelf liever lief, ieder keer wat meer.


Papa. hiermee zeg ik niet dat alles mis ging tussen ons. Ook ik ben een ouder. Ik weet hoe lastig het is. 

Dat ik sterk ben en stevig op eigen been sta. Mijn eigen rots zijn als het nodig is. Verstand kan inzetten.

Dat heb ik van jou geleerd. Van jou als eerste man van mijn leven. Weet dat ik dat niet vergeet... 

En papa. Als de dag komt dat je uit je fort vertrekt want voor eeuwig kan niemand zich daar verschuilen.

Dan kun je van mij leren hoe kwetsbaar prettig voelt in een leven dat luchtig kan zijn, warm en beminnelijk.

Als het zo mag lopen, zitten we op een keer op een plek die zacht en warm is, als wij zijn. 


Mademoiselle Marteaux