Mijn Dzogchen oefening.
Dzogchen is terugkeren naar de grote compleetheid die we in wezen zijn. Dzogchen is het bewustzijn van de kom van licht in onze kern. De kom van licht die onderweg gevuld raakt met kleine en grote stenen in beslommeringen uit ons leven. Dzogchen is het besef dat we in essentie die bol van licht zijn waarop verhardende platen aan overlevingsmechanisme schuiven die dat licht toedekken. Dzogchen zegt: Je kan de kom met stenen omkiepen, dan ben je weer die lichtstraal. Dring doorheen de platen tot bij het licht dat nooit echt weg was. Het middel daartoe is bewust worden. Hoe oefen ik Dzogchen in mijn dagelijks leven? Single zijn met vier kids is geen monnikenleven. Wat is haalbaar voor een westerling in een gevuld leven?
Wat mij helpt is terugkerend die kom of bol van licht visualiseren. Als ik mijn zorgen als steentjes zie in een kom of als platen die verschuiven, kan ik op elk moment terug naar het licht dat nooit echt weg was. In dat licht vervagen kleine en grote zorgen. Ik oefen in het begrijpen van mijn gewoonlijke doen en laten om beter de platen te begrijpen waarop ik dagelijks beweeg. Mijn kwetsuur op de werk- en relationele plaat is niet erkend, gezien of gehoord worden. Er niet mogen zijn zoals ik ben. Ik heb een grote alertheid ontwikkeld voor die afwijzing. Die angst houdt mij gevangen in stenen en op platen. Zodanig dat ik situaties die zich voordoen te makkelijk interpreteer als: Ik ben weer niet goed genoeg. De angst om vanuit te weinig zijn veel tekort te komen is heel reëel in mijn leven. Die angst is een onbewuste overtuiging die mijn geluksgevoel dwarsboomt. Want wat ik van binnenuit geloof wordt zichtbaar in mijn leven van alledag. Dat trek ik aan. Al die tijd was ik bereid mezelf op te geven om erbij te horen. Ik was bereid om liefde te geven zonder wederkerigheid. Ik ging vergaand grenzen verleggen voor andermans verlangens. In het zoeken van bevestiging verloor ik mezelf. De angst voor afwijzing is de eigen gevangenis waarin ik circuleer. Als ik nu schaarste ervaar of als ik me te weinig voel, keer ik naar binnen naar mijn licht en besef dat het slechts bedenksels zijn. Dan herinner ik me dat mijn verlangens naar overvloed, geluk en vrijheid zelf vorm kan geven op platen die geleidelijk aan hun hardnekkig massief verliezen. Stenen vallen dan vanzelf uit de kom.
Dzogchen voor mij is oefenen om uit de snelle vorm van communicatie te blijven. Uit snelle actie en reactie. Als woorden mij raakten was ik gewend om vrijwel meteen te reageren vanuit mijn subjectieve interpretatie. Ik oefen in stilstaan bij woorden die iets met me doen. De pijn direct voelen in mijn lijf en weten: dit is iets van mij, niet van de andere. Als ik geraakt wordt door wat de andere zegt, is het mijn verantwoordelijkheid om de geraaktheid te onderzoeken in plaats van pijn buiten mezelf te projecteren vanuit een slachtofferrol. Ik oefen ik in het objectief observeren van wat er gebeurt. In vraagstelling onderzoek ik wat de andere precies bedoelt. Die terugkoppeling houdt me uit de vertroebeling van een brein die makkelijk aan de haal gaat met interpretaties die raken aan persoonlijke kwetsuur. Helder communiceren geeft als oefening veel rust.
Dzogchen is net als Wu-Wei, het niet-doen. In regelmatig stoppen voor honderd procent je lichaam voelen. Ik zit op een bankje en voel het briesje mijn huid strelen. Meditatie was voor mijn verstrooid brein een lastige klus in een concentratie ver zoek. In contact met mijn lichaam visualiseer ik dat ik op een plaat lig op die bol van licht. Dat de plaat heet is van ervaringen. Dat ik een smeltend ijsje ben dat langzaam doorheen de hete platen doorsijpelt tot in die bol van licht. Ik versmelt met die onuitputbare bron van levensenergie. Ik kom terug thuis in mijn lichtende kern. Die meditatie doe ik regelmatig voor het slapengaan. Als ik mij overdag bezwaard voel visualiseer dat ik mijn kom, gewichtig van stenen, omkiep. Zo snel kan ik weer luchtig zijn.
Vertragen is mijn dagelijkse Dzogchen oefening. Het mindert de toestroom aan informatie die op me afkomt. Het helpt ook met observeren. Soms vertraag ik letterlijk mijn pas. Ondertussen zet mijn brein de full-speed om in slow-motion. Ik sta versteld dat ik hiertoe in staat ben. Het leven raast door terwijl ik op elk moment een halt kan toeroepen aan die razernij. Niet alleen mijn pas vertraagt, mijn hele werkelijkheid vertraagt mee. De wereld valt met die pauze-knop minder hard op me. De stem van de hypnose-meneer of mevrouw die ik dagelijks op Spotify luister als slaaphypnose helpt mijn brein met hersengolven verlangzamen. In die vertraging stopt de impuls om snel te zijn, veel te doen. Er komt een oceaan aan rust in de rush hierbuiten.
Dzogchen overstijgt het duaal denken. Er is geen goed of fout. Er is een dynamiek van oorzaak-gevolg. Er zijn polariteiten die spanningsvelden creëeren met oog op balans. Terwijl ik oefen in oordelen als goed of fout loslaten, blazen afschrikwekkende beelden mij minder af. Alles heeft als doel het vinden van balans. Ik leef meer in het hier en nu, blijf minder hangen in gisteren en maak me minder zorgen over morgen. Als ik vanop een afstand leer kijken naar stenen en platen op kleine en grote schaal begrijp ik beter de aardse conflicten die nu gaande zijn door disbalans. In acceptatie van wat er is, geraak ik uit overlevingsstand.
In het achterwege laten van oordeel. In het bijstellen van verwachtingen. In een open ontvankelijke houding. In geduldige observatie. In het niet meteen reageren. In mijn algehele doen vertragen. In het vaker niet-doen. In lichaam gerichte meditatie. In mijn aandacht in het hier en nu houden. In mijn bewustzijn verruimen. In die Dzogchen oefening blijf ik beter uit de verkleving op platen of uit de verstening in de kom. Vaak genoeg ben ik als een steentje. Dat is ok. Dan weer zit ik vast op een plaat. Dat is ok. In mijn oefeningen voel ik mijn licht opnieuw schijnen. Dzogchen is als over stenen klimmen en van platen springen om opnieuw uit te kijken naar de horizon op de wijdse oceaan en vanbinnen weten: Ik maak deel uit van een zee aan mogelijkheden. Elke dag is weer anders. Elke dag kan alles vernieuwd. Elke dag een kans om het anders te doen.
Mademoiselle Marteaux.